Onderzoek als motor voor verbetering

Als docent-onderzoeker bij de opleiding Verpleegkunde combineert Richella de Jong het begeleiden van studenten met het doen van praktijkgericht onderzoek. Vanuit een passie voor onderwijs én zorg werkt zij aan projecten die direct bijdragen aan betere zorgpraktijken. In dit interview vertelt Richella over haar persoonlijke motivatie, de waarde van onderzoeken combineren met lesgeven, en haar actuele onderzoek naar infectiepreventie in de gehandicaptenzorg – een thema dat zowel voor het werkveld als voor de opleiding van groot belang is.

Wat heeft je ertoe aangezet om naast je werk als docent ook als onderzoeker aan de slag te gaan?

“Ik ben docent-onderzoeker geworden omdat ik studenten graag begeleid in elke stap van hun onderzoeksontwikkeling. In jaar 1 coördineer ik de onderzoeksmodule, en in jaar 4 ondersteun ik hen bij het uitvoeren van praktijkgericht onderzoek binnen de opleiding Verpleegkunde. Mijn eigen onderzoekservaring met alle bijbehorende onzekerheden én successen geeft die coaching meerwaarde, terwijl ik tegelijkertijd mijn ervaring verder kan verdiepen.”

“Onderzoek houdt mij persoonlijk scherp: het vraagt om nét andere vaardigheden die mij blijven uitdagen en voeden. De combinatie van lesgeven en onderzoeken werkt voor mij dan ook bijzonder prettig.”

“Daarnaast vind ik het mooi om de brug te verstevigen tussen onze opleiding en de Centres of Expertise en lectoraten; Avans vervult immers een belangrijke maatschappelijke rol voor studenten én zorginstellingen in de regio.”

Was er een specifieke ervaring die jouw interesse in onderzoek aanwakkerde?

“Tijdens mijn HBO-Verpleegkunde kreeg ik de vakken over onderzoek. Toen vond ik die vooral abstract, maar ik leerde er wel veel van. Pas in mijn tijd als verpleegkundige zag ik meer de waarde: met collega’s doken we in de literatuur om te zoeken naar nieuwe interventies of kleine aanpassingen die patiënten konden helpen. Zo werd duidelijk dat onderzoek meer betekent als het iets oplevert voor de praktijk. Daarom blijf ik bezig om telkens weer te kijken hoe we de zorg een stukje beter kunnen maken.”

Hoe combineer je de rol van docent en onderzoeker?

“Ik werk full-time als docent verpleegkunde en krijg daarbij de vrijheid om mijn coördinerende taken zelf in te delen. Die ruimte stelt me in staat om ook mijn onderzoekstaken flexibel te plannen. Zowel onderwijs als onderzoek kent piekbelastingen; daarom vraagt het managen van projecten in beide domeinen geregeld om slim roosteren en helder verwachtings­management.”

Welke vaardigheden uit je docentschap komen van pas in je onderzoekswerk en andersom?

“Tijdens mijn colleges probeer ik de theorie zo snel mogelijk te laten landen in de praktijk. Ik grijp daarvoor terug op situaties die ik zelf meemaakte ofwel als verpleegkundige op de afdeling, ofwel als onderzoeker in de praktijk. Die voorbeelden maken abstracte concepten concreet en laten  zien waarom een onderzoeksvraag in de zorg nooit losstaat van de dagelijkse realiteit.”

“Omdat ik zelf aan het bed heb gestaan, spreek ik dezelfde taal als de professionals met wie ik nu onderzoek doe. Dat merkt een praktijkpartner; de drempel verdwijnt meer zodra duidelijk is dat ik hun wereld begrijp. Dan ontstaat ruimte om samen keuzes te maken die én wetenschappelijk verantwoord zijn, én haalbaar bijvoorbeeld tussen de diensten door.”

“Die ervaringen neem ik mee naar de studenten. Studenten zien hoe dataverzameling en planning er in het echt uitzien, inclusief de hobbels die je pas ontdekt als je ze zelf tegenkomt. Hun vragen houden mij scherp: zij prikken in aannames waar ik niet meer bij stilstond.”

Welke reacties krijg je van collega-docenten en studenten op jouw onderzoeksrol?

“Collega-docenten reageren enthousiast als ik vertel over lopende onderzoeksprojecten. Docenten zien de meerwaarde van zelf stages lopen of projecten uitvoeren: het houdt ons onderwijs actueel. Bij studenten probeer ik de soms droge kennismaking met databanken als PubMed en de APA-richtlijnen concreter te maken door mijn eigen projecten te tonen of een artikel van een collega live op te zoeken. Zo laat ik zien wat ze nú moeten kunnen én welke stappen er later mogelijk zijn. Vaak hoor ik dan verbaasde reacties dat ze niet hadden verwacht dat je met die kennis zóveel kunt doen, of dat docenten écht publiceren. Dat maakt onderzoek voor hen minder abstract en een stuk dichterbij.”

Kun je iets vertellen over het onderwerp van je onderzoek?

“Ik onderzoek momenteel infectie­preventie in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking. Deze groep krijgt weinig aandacht, terwijl zij zoals eerdere studies laten zien ongeveer 2,5 keer vaker gezondheidsproblemen hebben dan mensen zonder verstandelijke beperking.  Infectiepreventie is extra uitdagend binnen de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking, omdat bestaande richtlijnen en protocollen vaak niet goed aansluiten op deze doelgroep of op de huiselijke sfeer waarin veel van deze zorg plaatsvindt.”

Waarom is juist dit thema belangrijk in jouw werkveld of praktijk?

“Mensen met een verstandelijke beperking zijn extra vatbaar voor infecties, terwijl bestaande richtlijnen vaak niet passen bij hun huiselijke woonomgeving. Strikte ziekenhuisprotocollen zijn daar moeilijk toe te passen, en chronische aandoeningen verhogen hun risico nog verder. Bovendien neemt door groeiende antibiotica­resistentie de druk op zorginstellingen toe: elke vermijdbare infectie bespaart medicatie, ziekenhuisopnames en werkdruk. Het is ook direct relevant voor ons onderwijs, omdat verpleegkunde­studenten in dit sociaal-verpleegkundig domein stagelopen en werken en dus moeten leren hoe ze infectiepreventie hier effectief kunnen vormgeven.”

Op welke manier neem je je onderzoek mee in je lessen of gesprekken met studenten?

“Bij de onderzoeksvakken neem ik studenten soms mee in lopende projecten. Ik laat hen geanonimiseerde analyses zien en de topiclijsten die we gebruiken bij interviews, zodat ze concreet ervaren hoe het ordenen en coderen van data er in de praktijk uitziet. Bij kwantitatief onderzoek bespreek ik uitgevoerde analyses om te laten zien hoe je met data tot antwoorden op echte vraagstukken komt. Steeds staat daarbij de ethiek centraal: wat je wel en niet mag delen, hoe je anonimiteit borgt en waarom toestemming van deelnemers onmisbaar is. Die combinatie van praktijk en ethiek bereidt studenten beter voor op wat hen te wachten staat in het werkveld. Als trotse verpleegkundige draag ik hiermee met plezier bij aan het opleiden van een nieuwe generatie die autonoom én met leiderschap ons mooie beroep versterkt.”

Publicatiedatum
11 september 2025
Meer nieuws
Thema's
This site is registered on wpml.org as a development site. Switch to a production site key to remove this banner.